Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord
Terug naar overzicht

Eerste resultaten promotieonderzoek: ‘Recidivecijfers vallen gunstig uit voor de Waag.’

21-09-2015

Bij de Waag is sinds 2013 een groot onderzoek gaande naar de RAF GGZ; het Risicotaxatie-instrument voor volwassenen in de ambulante forensische GGZ. ‘We onderzoeken of we een goed instrument hebben. De belangrijkste vraag die ik in mijn onderzoek stel is: doet de RAF GGZ wat het moet doen, levert het bruikbare informatie voor de behandeling en hoe goed voorspelt de RAF toekomstig delictgedrag bij de ambulante populatie?’ vertelt Mara Eisenberg, senior onderzoeker bij De Forensische Zorgspecialisten. Eisenberg analyseert de RAF GGZ in het kader van haar promotieonderzoek aan de Universiteit van Amsterdam. Tijdens het onderzoek kan ze gebruik maken van een database van de Waag met de gegevens van meer dan vijfduizend cliënten.

‘Eigenlijk is er tot nu toe maar weinig recidiveonderzoek in het ambulante veld gedaan,’ zegt ze. ‘Onderzoek op het gebied van ambulante forensische GGZ wordt meestal gedaan bij kleine groepen. Maar om een goed beeld te krijgen heb je juist een grote onderzoekspopulatie nodig. Die heb ik nu tot mijn beschikking bij de Waag.’

Cliënten van de Waag recidiveren minder dan ex-reclassanten en ex-gevangenen

jaar is Eisenberg bezig geweest met het verzamelen van data. Nu zijn de eerste resultaten van haar onderzoek bekend en die hebben betrekking op de recidivecijfers van de ambulante populatie. Deze cijfers vallen voor de Waag gunstig uit. Mara Eisenberg: ‘Uit het onderzoekt blijkt dat 20% van de cliënten van de Waag binnen twee jaar na het afronden van de behandeling recidiveert. Dit percentage heb ik vergeleken met de terugval van ex-reclassanten. In die groep recidiveert 35% binnen twee jaar. Daarnaast heb ik gekeken naar ex-gevangenen. Van hen valt 48% terug in deze periode. Natuurlijk wil ik voorzichtig zijn met het trekken van conclusies, maar de uitslag is opvallend.’

Momenteel is het onderzoek een nieuwe fase ingegaan en richt Eisenberg zich op de vraag welke risicofactoren de beste voorspellers van (nieuw) delictgedrag zijn. ‘Die vraag is niet alleen relevant voor de behandeling maar ook nog eens heel actueel. Per 1 januari 2016 gaat het hele ambulante veld een nieuwe stap maken in het ROM-men. Dat staat voor Routine Outcome Monitoring en betekent dat het behandelverloop geregeld wordt gemonitord. Voor het ROM-men moest verandering in recidiverisico gemeten worden, dit gebeurde al binnen de verschillende poli’s maar met verschillende instrumenten. Om ROM-resultaten te kunnen vergelijken moet iedereen met hetzelfde instrument werken. Maar welk instrument of set van risicofactoren geschikt is voor de ambulante populatie, is nog niet helemaal duidelijk. Om die reden heeft het programma Kwaliteit Forensische Zorg gevraagd of ik een vooronderzoek wil uitvoeren.'

Het vooronderzoek van Mara Eisenberg naar de belangrijkste risicofactoren voor de voorspelling van recidive bij ambulante behandelde delinquenten loopt tot het einde van de zomer. Het duurt nog minstens anderhalf jaar voordat ze haar hele promotieonderzoek zal afronden. ‘Het is veel werk maar we krijgen er ook veel kennis over de ambulante forensische cliënten voor terug,’ concludeert ze.